Deze zomer hadden we geen vakantie gepland. Tot een ellendig lange treinrit me tot het uiterste dreef: ik boekte een huisje dichtbij in Picardië. Zonder plan, met zwembad. Onze poolhouse was top en de streek verrassend leuk. Daarom: een verslag!
Hoe dichtbij is dichtbij? Hou je vast, uit Ieper was ik sneller in ons vakantiehuis dan wanneer ik naar Brussel trein. Op een kleine 2 uur rijden van thuis waanden we ons he-le-maal weg. In een prachtige boerderij in een dorp nabij Saint-Quentin logeerden wij in de poolhouse. Met zicht op zwembad én op de Somme vallei. Opnieuw scoorde ik deze parel via Airbnb. Zoals eerder ook in Normandië (hier beschrijf ik hoe airbnb werkt).
Gastvrouw Sophie gunde ons de hele week alle privacy. Lees: het zwembad was voor ons (ja, dat is de hemel). Duizend bommetjes! Toch wisselden we waterpret af met een brokje cultuur en natuur. Want Picardië is ook de streek van de middeleeuwse steden met hun gotische kathedralen. In Laon genoten we van de koelte van de kerk (ook van het indrukwekkende rozet), van de prachtige vergezichten en van de sfeervolle straten in het oude stadsgedeelte.
En Saint-Quentin? Hadden we nog nooit van gehoord. Maar die stad had verrassend veel in petto en leent zich tot de perfecte daguitstap met of zonder kinderen:
-
- Om te beginnen: in juli en augustus verandert het marktplein in Plage de l’Hôtel de ville. Compleet met palmbomen, zitzakken, springkastelen, knikkerbaan, ondiep zwembad voor de kleinsten … . Na een verkennende wandeling door de stad met zijn mooie Art Deco-gebouwen, was dit strand een toffe afwisseling voor onze jongens. En gratis!
- Bovenop de stad troont de Heilige Qentinus basiliek. Dit middeleeuwse bouwwerk is minder bekend dan de kathedraal in Laon. Toch is de sobere basiliek een stop waard. Maar vooral een eyecatcher als je de stad binnenrijdt.
- De grootste aanrader in de stad? Het natuurreservaat Le Marais d’Isle. Een bijzondere biotoop die je per boot kan verkennen. Normaal zijn bezoekers niet toegelaten in het beschermde deel van het park, maar in een bacôve (platte houten rivierboot voor moerasgebieden) neemt een gids je mee in deze groene long (4 euro pp). Vasco en Ellis kregen elk een verrekijker om goed alle vogels, eenden en zwanen te spotten. Puffen in oranje zwemvestjes namen we er graag bij. Zalige belevenis!
Het deel van het park dat niet beschermd is, kan je vrij bezoeken. Er valt vanalles te beleven: een dierenpark, speeltuinen, minigolf, zwemgedeelte in de zomer, open air fitness en lange wandelpaden.
Wij rijden liever niet ver met de auto. Een vliegtuigreis of dichtbij. Al heeft David gezegd dat we met een nieuwe auto volgend jaar naar Portugal rijden. Maar dat wil ik nog zien 😅. In afwachting van dat zotte plan: heb jij nog leuke dichtbijbestemmingen voor ons?
Everything and more 